elfogad meaning in Dutch

Hungarian	Dutch
elfogad ige	accepteren◼◼◼werkwoord aanvaarden◼◼◼werkwoord nemen◼◼◼werkwoord ontvangen◼◼◼werkwoord aannemen◼◼◼werkwoord vaststellen◼◼◼werkwoord krijgen◼◼◻werkwoord verdragen◼◼◻werkwoord verzamelen◼◼◻werkwoord pakken◼◼◻ instemmen met◼◼◻ ondergaan◼◼◻werkwoord toelaten◼◼◻werkwoord overgaan◼◻◻werkwoord toestemmen◼◻◻werkwoord het eens zijn◼◻◻ oogsten◼◻◻werkwoord inwilligen◼◻◻werkwoord zich houden aan◼◻◻ bekennen◼◻◻werkwoord opvatten◼◻◻werkwoord groeten◼◻◻werkwoord toezeggen◼◻◻werkwoord uitstaan◼◻◻werkwoord onthalen◼◻◻werkwoord uitkiezen◼◻◻werkwoord zich neerleggen bij sanctionerenwerkwoord rapenwerkwoord
elfogadhatatlan melléknév	onaanvaardbaar◼◼◼bijvoeglijk naamwoord
elfogadható melléknév	aanvaardbaar◼◼◼bijvoeglijk naamwoord acceptabel◼◼◼bijvoeglijk naamwoord toelaatbaar◼◼◻bijvoeglijk naamwoord geldig◼◼◻bijvoeglijk naamwoord aannemelijk◼◼◻bijvoeglijk naamwoord plausibel◼◻◻bijvoeglijk naamwoord aanneembaar◼◻◻bijvoeglijk naamwoord
elfogadható kockázati szint	toelaatbaar risico
elfogadható napi felvétel	toelaatbare dagelijkse opname
elfogadhatóság főnév	aanvaardbaarheid◼◼◼v

Your history