finom betekenis in Nederlands
| Hongaars | Nederlands |
|---|---|
| finom melléknév | lekker◼◼◼bijvoeglijk naamwoord heerlijk◼◼◼bijvoeglijk naamwoord fijn◼◼◼bijvoeglijk naamwoord subtiel◼◼◻bijvoeglijk naamwoord zacht◼◼◻bijvoeglijk naamwoord smakelijk◼◼◻bijvoeglijk naamwoord leuk◼◼◻bijvoeglijk naamwoord glad◼◼◻bijvoeglijk naamwoord elegant◼◼◻bijvoeglijk naamwoord dun◼◼◻bijvoeglijk naamwoord overheerlijk◼◼◻bijvoeglijk naamwoord zalig◼◼◻bijvoeglijk naamwoord zuiver◼◻◻bijvoeglijk naamwoord fraai◼◻◻bijvoeglijk naamwoord teder◼◻◻bijvoeglijk naamwoord kostbaar◼◻◻bijvoeglijk naamwoord hemels◼◻◻bijvoeglijk naamwoord |
| finom ige | gladstrijken◼◻◻werkwoord |
| finoman melléknév | voorzichtig◼◼◼bijvoeglijk naamwoord zachtaardig◼◻◻bijvoeglijk naamwoord |
| finomkodik ige | gehakt◼◼◼ |
| finomít ige | raffineren◼◼◼werkwoord |
| finomítatlan | |
| finomítatlan melléknév | ruw◼◻◻bijvoeglijk naamwoord |
| finomítás főnév | raffinage◼◼◼v |
| finomítás ige | raffineren◼◼◻werkwoord |
| finomító főnév | raffinaderij◼◼◼v |
| kifinomult melléknév | verfijnd◼◼◼bijvoeglijk naamwoord geperfectioneerd◼◻◻werkwoord teder◼◻◻bijvoeglijk naamwoord |
| kifinomultság főnév | beschaving◼◼◼v |
| nagyon finom volt | |
| szénfinomítás |
