German-Dutch dictionary »

fördern meaning in Dutch

GermanDutch
fördern [förderte; hat gefördert] Verb

accelererenv

bespoedigenv

verhaastenv

versnellenv

befördern [beförderte; hat befördert] Verb

accelererenv

afzendenv

bespoedigenv

expediërenv

overbrengenv

transporterenv

verhaastenv

versnellenv

vervoerenv

verzendenv

voerenv