English-Dutch dictionary »

very meaning in Dutch

EnglishDutch
everywhere (at all places)
adverb
[UK: ˈev.rɪ.weə(r)]
[US: ˈev.ri.ˌwer]

overalbijwoord

if I had a nickel for every time phrase

Als ik een stuiver kreeg voor iedere keerphrase

knavery (the antics or tricks of a knave)
noun
[UK: ˈneɪ.və.ri]
[US: ˈneɪ.və.ri]

schelmenstreeksubstantief

livery (distinctive uniform worn by a group)
noun
[UK: ˈlɪ.və.ri]
[US: ˈlɪ.və.ri]

livreisubstantief
{f}

livery (paint scheme)
noun
[UK: ˈlɪ.və.ri]
[US: ˈlɪ.və.ri]

kleurstellingsubstantief
{f}

recovery [recoveries] (act or process of regaining or repossession of something lost)
noun
[UK: rɪˈk.ʌ.və.ri]
[US: rɪˈk.ʌ.vri]

terugwinningsubstantief
{f}

recovery [recoveries] (return to normal health)
noun
[UK: rɪˈk.ʌ.və.ri]
[US: rɪˈk.ʌ.vri]

genezingsubstantief
{f}

herstelsubstantief
{n}

rediscovery [rediscoveries] (act of rediscovering)
noun
[UK: ˌriː.dɪ.ˈskʌ.və.ri]
[US: ri.də.ˈskə.vri]

herontdekkingsubstantief
{f}

silvery-cheeked antshrike (Sakesphorus cristatus)
noun

campos-mierklauwiersubstantief

slavery (institution or practice of owning human beings)
noun
[UK: ˈsleɪ.və.ri]
[US: sˈleɪ.və.ri]

slavernijsubstantief
{f}

thank you very much (greater gratitude than "thank you")
interjection
[UK: θæŋk juː ˈver.i ˈmʌtʃ]
[US: ˈθæŋk ˈjuː ˈver.i ˈmʌtʃ]

dank je welinterjection

dank u welinterjection

hartelijk dankinterjection

heel hartelijk bedanktinterjection

vriendelijk bedanktinterjection

there's a grain of truth in every joke (people convey truth in jokes)
phrase
[UK: ðeəz ə ɡreɪn əv truːθ ɪn ˈev.ri dʒəʊk]
[US: ˈðerz ə ˈɡreɪn əv ˈtruːθ ɪn ˈev.ri dʒoʊk]

iedere grap heeft een kern van waarheidphrase

12

Your history