Engels-Nederlands woordenboek »

greens betekenis in Nederlands

EngelsNederlands
greens (leaves of certain edible green plants)
noun
[UK: ɡriːnz]
[US: ˈɡriːnz]

bladgroentesubstantief
{f}

groentensubstantief
{f-Pl}

green [greens] (colour)
noun
[UK: ˈɡriːn]
[US: ˈɡriːn]

groensubstantief
{n}

green [greened, greening, greens] (make (something) green)
verb
[UK: ˈɡriːn]
[US: ˈɡriːn]

vergroenenwerkwoord

green [greens] (member of a green party)
noun
[UK: ˈɡriːn]
[US: ˈɡriːn]

groene jongensubstantief
{m}

greenstick fracture [greenstick fractures] (a partial fracture of a long bone)
noun
[UK: ɡrˈiːnstɪk frˈaktʃə]
[US: ɡrˈiːnstɪk frˈæktʃɚ]

groenhoutbreuksubstantief
{f}

vouwfractuursubstantief
{f}

zoethoutbreuksubstantief
{f}

green sandpiper (Tringa ochropus)
noun

witgatsubstantief
{n}

green sea turtle (species)
noun

groene zeeschildpadsubstantief
{f}

soepschildpadsubstantief
{f}

common greenshank (Tringa nebularia)
noun
[UK: ˈkɒ.mən]
[US: ˈkɑː.mən]

groenpootruitersubstantief

turnip greens (leaves of the turnip plant)
noun

raapstelensubstantief
{m-Pl}

Zoek geschiedenis