Duits-Nederlands woordenboek »

fass betekenis in Nederlands

DuitsNederlands
die Fassung [der Fassung; die Fassungen] Substantiv

omvangsubstantief

situatiesubstantief

standsubstantief

standvanzakensubstantief

toestandsubstantief

uitgebreidheidsubstantief

die Auffassung [der Auffassung; die Auffassungen] Substantiv

aandoeningsubstantief

benulsubstantief

besefsubstantief

gewaarwordingsubstantief

inzichtsubstantief

verstandsubstantief

waarnemingsubstantief

die Einfassung [der Einfassung; die Einfassungen] Substantiv

kadersubstantief

lijstsubstantief

omlijstingsubstantief

raamsubstantief

erfassen [erfasste; hat erfasst] Verb

begrijpenv

beseffenv

bevattenv

snappenv

vattenv

verstaanv

umfassen [umfasste; hat umfasst] Verb

beslaanv

omarmenv

omklemmenv

omknellenv

omspannenv

omvattenv

die Umfassung [der Umfassung; die Umfassungen] Substantiv

ineenstrengelingsubstantief

omgevingsubstantief

verfassen [verfasste; hat verfasst] Verb

componerenv

makenv

scheppenv

schrijvenv

der Verfasser [des Verfassers; die Verfasser] Substantiv

auteurm

bedenkerm

schepperm

schrijverm

stilistm

123